Duurzaamheidsambities concreet en werkbaar maken in de praktijk kan soms best een uitdaging zijn. Corporatie de Alliantie is goed onderweg. W/E adviseurs ontwikkelde twee rekentools voor en met hen om ze bij deze opgave te helpen. De eerste monitoringtool maakt de CO2 -uitstoot van de woningvoorraad inzichtelijk en de tweede scenario-tool is ontwikkeld om de corporatie samen met haar ketenpartners te helpen bij het voorbereiden van de ingrepen die gedaan moeten worden in specifieke woningcomplexen om te verduurzamen. We gaan in gesprek met Sandra Zomervrucht, Adviseur Strategie en Beleid die zich binnen de Alliantie vooral bezighoudt met de energie en warmtetransitie en Boudewijn Elsinga, adviseur en onderzoeker bij W/E adviseurs.
Sandra: De Alliantie heeft de duurzaamheidsambities opgesteld, we willen in 2050 CO2 neutraal te zijn. Dat is een mooie ambitie die we willen naleven. Hiervoor moet de CO2-uitstoot in kaart worden gebracht. Zolang je je voetafdruk niet kent, kun je de duurzaamheidsambities niet in de praktijk brengen.
De wens was om de CO2-uitstoot uitgebreid te monitoren. Als we alleen de uitstoot op het Alliantie totaal niveau weten, geeft ons dat geen inzichten waarmee we concreet aan de slag kunnen. Daarom was de wens om op verschillende niveaus inzicht te krijgen, zoals bijvoorbeeld per type vastgoed of binnen een bepaalde regio.
Boudewijn: De eerste tool moest antwoord geven op de vraag: ‘’Hoe kunnen we de vooruitgang het best monitoren?” We hebben hiervoor niet alleen gebruik gemaakt van het berekende energieverbruik, maar leggen daar ook naast wat het werkelijke verbruik is dat gemeten wordt via de energiemeters. Als je dat monitort, kun je het ook beter sturen. Daar moet de tweede tool bij helpen.
Sandra: Met de eerste tool die we samen hebben ontwikkeld kun je het verloop zien door de jaren heen. Als alle data erin staan, kunnen we hem gaan gebruiken. De tool wordt natuurlijk interessanter naar mate de jaren verstrijken, omdat er dan meer data wordt toegevoegd en je beter inzicht krijgt in trends en effecten van ingrepen. De tool wordt daardoor waardevoller. We weten hierdoor steeds beter welke ingrepen werken en bijvoorbeeld in welke complexen we echt nog aan de slag moeten.
Boudewijn: De Alliantie moet zelf met de rekentools aan de slag kunnen en daarom moeten ze toegankelijk ontworpen worden. Het is een Excel systeem geworden. Het is erg leuk om te zien hoe je een vraag om kunt zetten naar een werkende machine. Omdat De Alliantie zelf de tools moet gebruiken, hebben we veel overlegd en feedback kunnen verwerken. Dat vond ik een prettige manier van samenwerken.
Sandra: Het is een complex proces en in complexe processen gaan de dingen nooit zoals je van te voren verwacht. Je moet daarom flexibel zijn. Dat is ook in de ontwikkeling van deze tool weer een les geweest. Maar de grootste leercurve voor de Alliantie zal in de aankomende periode komen, als we de tool echt gaan gebruiken en kunnen gaan sturen op CO2-uitstootreductie. Hoe dat in praktijk gaat werken, zal de tijd ook nog moeten leren.
Sandra: De manier waarop de CO2-uitstoot wordt berekend is erg in beweging op dit moment. Gemeenten willen met corporaties afspraken maken over CO2-uitstootreductie, maar dan moeten we wel zorgen dat we allemaal over hetzelfde praten. Via ‘De Vernieuwde Stad’, een platform voor corporaties dat visievorming, agendering en kennisdeling bevordert, zijn we in gesprek geraakt met een aantal andere corporaties over dit onderwerp. We vinden het heel belangrijk dat we niet allemaal zelf het wiel gaan uitvinden. We hopen erop dat dit leidt tot een uniforme definitie van CO2 uitstoot berekenen, en die kan dan met deze of andere tools inzichtelijk gemaakt worden.
Boudewijn: We hebben de tool gemaakt voor en met de Alliantie, maar met een paar kleine aanpassingen zou hij ook voor andere corporaties bruikbaar kunnen zijn: de tool is op de toekomst voorbereid.